Friday, November 19, 2010

Column; Nico Dijkshoorn

Bij Suarez is er nu iets heel anders aan de hand


Waar ik graag naar mag kijken: Luis Suarez als hij verloren heeft en de pers te woord moet staan. Je weet dat hij vlak na het interview een glazen deur in elkaar schopt, maar helaas, hij is aanvoerder. Hij moet zich gedragen.

Dat lukt hem met moeite. Suarez is als je zoontje van zes, die met een bal onder zijn arm vlak voor je neus staat. 'En wie zei jou toen dat je die bal bij de buurvrouw in haar gezicht moest schoppen? Wie zei dat? Dat was zeker weer een van die rotvriendjes van je?'

Suarez kan dat als geen ander, zwijgen en je toch het gevoel geven dat hij anderhalf uur manisch op je in staat te lullen. Je ziet het aan kleine dingen, hoe hij tijdens een interview van zijn ene op de andere been gaat staan.

Het naar beneden kijken als er een vraag wordt gesteld. Het angstig opkijken. Het gaat om de lichaamstaal, niet om de tekst. Suarez zegt nooit iets van belang na een wedstrijd.

Laatst kwam hij met de volgende uitleg, waarom Ajax in eigen huis met 1-0 van ADO Den Haag had verloren. 'We kunnen niet altijd winnen.' In zijn ogen las ik een heel ander antwoord. 'Dat we verliezen komt door El Hamdaoui.'

Sinds Ajax El Hamdaoui heeft aangetrokken is Suarez geen schim meer van de man die Ajax vorig jaar in zijn eentje kopje boven hield. Het knaagt, het vreet, het woekert, sinds El Hamdaoui bij Ajax in de rondte loopt. De twee kunnen elkaar niet luchten of zien.

Natuurlijk zullen allebei de spelers zeggen dat dit onzin is. Ik verwacht binnenkort een door Ajax naar buiten gebrachte persfoto van de twee, gezellig aan het steengrillen bij Suarez thuis. De kop boven het artikel: 'Steengrillen, dat doe ik het liefst met mijn beste vrienden.' Wij weten wel beter. Suarez en El Hamdaoui haten elkaar en Ajax is de dupe.

Het is fascinerend om, vanuit je luie stoel, naar deze machtsstrijd te kijken. Ze gunnen elkaar niets. El Hamdaoui is een van de meest egocentrische spelers ter wereld. Niet erg voor een spits. Dat wil je juist graag zien.

Zlatan Ibrahimovic, van mij mag hij anderhalf uur geen bal afgeven. Als hij er maar drie keer per wedstrijd iets geniaals mee doet. Iets wat een ander niet kan.

Hetzelfde geldt voor El Hamdaoui. Hij mag van mij lummelen, verontwaardigd met zijn handen zwaaien, medespelers, die het wagen ook eens op doel te schieten, uitschelden, als hij maar eens in de zoveel tijd met een achteloos stiftje een keeper verbijstert.

El Hamdaoui maakt doelpunten zoals Suarez ze vorig jaar maakte. Hij is los in zijn kop. Niets raakt hem. Hij scoort. Of Ajax wint of verliest, het lijkt hem allemaal weinig uit te maken. Hij gaat zijn eigen gang.

Over een jaar speelt hij bij de volgende club die een vermogen voor hem over heeft. El Hamdaoui doet niet aan clubliefde. Hij scoort gewoon graag en dat doet dat nu toevallig voor Ajax. Bij Suarez is er iets heel anders aan de hand.

Die is aan het draven om gaatjes dicht te lopen. Die zie ik in zijn handen klappen om medespelers te motiveren. In de wedstrijd tegen ADO Den Haag zag ik Suarez meerdere malen fel protesteren tegen tijdrekken. Allemaal dingen die je helemaal niet wilt zien.

Suarez hoort zelfzuchtig op doel te schieten. Suarez hoort de tegenstander het bloed onder de nagels vandaan te halen en niet andersom. Dat hij dit niet meer doet is de schuld van Martin Jol. Die heeft Suarez aanvoerder gemaakt. Een dodelijke beslissing. Suarez kan dat helemaal niet aan, verantwoordelijkheid.

Wat Suarez juist zo goed maakte was zijn infantiele gedrag. Een kind met een bal. Een leven lang gewend dat hij zestien keer beter is dan alle andere mensen met wie hij voetbalt. Suarez was iemand die alleen wilde douchen. De andere moesten maar even wachten.

Zo moet dat zijn gegaan bij Ajax, toen Suarez nog ongenaakbaar was. Tien Ajacieden, slechts gekleed in badslippers, op een rijtje in de kleedkamer, luisterend naar Suarez die 25 minuten lang Uruguayaanse liedjes zingt.

Er is iets vreemd gebeurd in het hoofd van Luis Suarez sinds hij aanvoerder is. Hij wil zijn team op sleeptouw nemen. Hij gedraagt zich als een stokoude vedette die na een schitterende carri�re nog een keer bij zijn oude club komt voetballen.

Suarez is door het dragen van de aanvoerdersband opeens veranderd in een oude man, die niet meer kan doen wat hem zo gevaarlijk maakte: de waanzin toelaten. Want, heeft hij geleerd, dat doen aanvoerders niet.

Martin Jol had een wild, ongetemd dier in zijn team. Een scorende panter die zijn directe tegenstander, als de scheidsrechter even niet oplette, hard in de kuit beet. Jol had een speler in zijn team die speelde op instinct.

Iemand die binnen een minuut een heel stadion vol supporters tegen zich had. En daar van genoot. Suarez was een speler die steeds maar beter werd als je hem uitschold. Suarez lachte veel, als hij bijvoorbeeld vanuit zijn ooghoeken loerde of de scheidsrechter in zijn buiteling trapte. Suarez liep heel langzaam naar een bal vlak buiten de lijn en hoopte dan dat zijn tegenstander hem een duw in zijn rug zou geven.

Suarez provoceerde en genoot. En, niet onbelangrijk, scoorde. Tot aan het begin van het seizoen. Nu is Suarez opeens veranderd in het braafste jongetje van de klas. Iemand de de pers te woord moet staan. Een ernstige beoordelingsfout van Martin Jol.

Door Suarez aanvoerder te maken heeft hij zijn beste en gevaarlijkste speler getransformeerd in een voetballende padvinder. Een speler die tandenknarsend moet toekijken hoe El Hamdaoui speelt zoals hij zelf zou willen spelen. Zorgeloos. Zuigend. Zinderend.

Maar ja, hij is aanvoerder. Het wordt tijd voor de echte Suarez. Dit is wat hij wil, daar ben ik van overtuigd. Midden in een wedstrijd de aanvoerdersband afdoen, achter het doel gooien, de bal aannemen, drie man passeren, zich vastlopen in het strafschopgebied, naast zich kijken, El Hamdaoui vrij zien staan en dan expres naast schieten.

Hij wil weer eens op zijn donder krijgen van zijn medespelers. Hij wil op maandag van Jol horen dat voetbal een teamsport is en daar zijn schouders over kunnen ophalen. Dat egomane gedrag maakte Suarez juist tot een bijzondere voetballer. Martin Jol heeft dat er, door hem aanvoerder te maken, vakkundig uit gesloopt.

Nico Dijkshoorn

No comments:

Post a Comment